Komt een dag is een schitterend lied van Paul de Munnik, dat komt van zijn laatste album Goed jaar (2018), waarvan ik eerder al het nummer Horizon hier met je deelde.
Het lied gaat over hoe moeilijk het soms is om vertrouwen te houden in je liefde en dat je jezelf onbewust voorbereid op het ergste. Maar in plaats van afstand te nemen, zoals veel mensen zullen doen, wordt hier gekozen voor houden van en van genieten van wat er is, zodat er misschien wel een wonder gebeurt.
Komt een dag Komt een dag. Duurt niet lang meer, dat je gaat. Jij me zomaar verlaat. Me zonder woord vooraf verlaat. Jij m’n wereldbeeld in duigen slaat.
Komt een dag, ’t kan ook nacht zijn. Dat je zegt, “Schat ik was er nooit echt”. Mooi bedacht hoor, maar nooit echt. Ik heb het huurcontract al opgezegd.
En zie me daar zitten, de wijn op mijn tanden. Mijn hart op mijn lippen, mijn ziel in mijn handen. Mislukt en ontgoocheld, ontnuchterd, onttoverd. Verloren wat ik voor vast dacht te hebben veroverd. Wat ik voor vast dacht te hebben veroverd.
En op die dag zul jij lachen, als je zegt dat je weg bent. Nu echt. Dat het afscheid is. Nu echt. Geen onderhandeling en geen gevecht.
Maar ik zal van je houden. Ik zal je genieten. Elke lach wil ik onthouden. Elke traan die we lieten. Het lief dat we hadden. Het leed dat we deelden. Al was het blijkbaar een film, die ons leven verbeeldde.
Maar zolang de titelrol nog niet op het doek verschijnt. Blijf ik hopen op het wonder, van op z’n minst een open eind.
Zoals je weet luister ik graag naar Nederlandstalige muziek. Paul de Munnik is daar sinds kort bijgekomen en zijn lied Horizon is zelfs mijn favoriete lied van 2018 geworden. Ook tot mijn eigen verbazing, maar hoe vaker ik het hoor, hoe beter ik het vind. Het arrangement met strijkers vind ik prachtig en samen met de tekst raakt het me. Het lied komt van zijn album Goed Jaar (2018).
Horizon is een lied over de plek waar je vandaan komt en in de Munnik’s geval was dat uit Dronten. Waar hij geboren is en opgegroeid. Waar hij leerde lopen en fietsen. “In de polders waar je ver kan kijken en de wijdsheid van het land ervaart. Waar de jaargetijden sterker aanwezig zijn dan in de stad. De lente groener, de zomer geler. De herfst rood en bruiner, en de winter harder blauw en soms oogverblindend witter.” “Het opgroeien in een dorp is anders dan opgroeien in een stad. Het is een totaal ander gevoel. Wij konden altijd alle kanten op, we konden naar buiten, we konden de weilanden in, de akkers op, tussen de fruitbomen door rennen. Je kon altijd op pad met een groep vrienden. Je bent de ruimte gewend en dat doet natuurlijk iets met een mens.”
In het dorp leefde Paul de Munnik altijd buiten met het vlakke land als uitzicht. En hij zag alleen maar horizon, overal waar hij keek. En dat gaf hem het gevoel dat je alles nog kon bedenken en dat alles nog mogelijk was. Want de wijdsheid van het land geeft ook figuurlijk ruimte. “Alsof de kansen die de pioniers begin jaren zestig al zagen erin verankerd liggen. Alsof nog altijd de beloftes van nieuwe mogelijkheden op je liggen te wachten daar.” “In Dronten zijn alle plannen ontstaan, daar heb ik bedacht wat ik wilde worden en wat ik zou kunnen worden. Al die dromen worden langzamerhand voor een deel werkelijkheid. Alles om je heen begon te groeien. De bomen gingen groeien en zo langzamerhand zag je steeds minder horizon.”
Toen hij stopte met Acda & de Munnik had hij het gevoel dat hij zichzelf opnieuw moest uitvinden. Door te denken over een nieuw begin, dacht hij terug aan het moment dat hij als 19-jarige vertrok uit Dronten. “Wat dacht je toen? Wat voelde je? Wat was er toen nog veel mogelijk. Dat wilde ik opzoeken: dat alles weer mogelijk is.” Hij ervaarde een soort heimwee. “Heimwee naar een tijd dat alles nog kon. Dat is iets moois: je mag nog alles worden. Als je jong bent, realiseer je dat helemaal niet. Op het moment dat je ouder wordt dan denk je: ik kan niet elke weg meer inslaan die ik zou willen inslaan. Dus het is inderdaad wel heimwee naar de totale vrijheid, naar de vrijheid van gedachten.” Als je ouder bent dan zijn er bepaalde paden die je niet meer bewandelt, omdat je weet dat die niet gaan werken. “Dat is natuurlijk jammer, want daardoor kom je niet op gebieden waar je anders misschien wel terechtgekomen zou zijn. Als je jong bent, dan kàn dat nog. Dan zet je de stappen die je denkt nodig zijn. En dat is heel erg mooi.”
Terugkijkend geeft dat vlakke land met zijn horizon hem een soort innerlijke rust. “Ik heb geleerd om de dingen rustig te bekijken, van een afstandje. Je neemt de tijd om dingen te overzien, te overwegen. Het hoeft niet allemaal heel snel. Je kon in de polder een stuk gaan rijden en dan kwam je heel lang niks tegen. Dat mooie, dat platte, daar hou ik echt van. Het geeft je de tijd om je gedachten op een rijtje te zetten of om iets langer over iets na te denken. Dat heb ik eraan overgehouden en dat vind ik wel heel prettig.”
Horizon Ik groeide op en zag alleen maar horizon. Vanaf het moment dat het besef ervan begon. Alleen maar horizon.
Waar ik m’n eerste woorden vond. De smaak naar meer spoor ontstond. Mijn geboortegrond. Alleen maar horizon.
Het land was nieuw. Er was alleen maar horizon. De gewassen pas gezaaid. De bomen jong. Alleen maar horizon.
Waar ik m’n eerste liefde vond. Het hart nog teer, Nog nooit verwond. Mijn geboortegrond. Alleen maar horizon.
En de bomen groeiden naar de hemel. En de hemel lachte mij al toe. Maar hoe goed ik ook de bomen tellen kon. Ik zag niet wat mijn hart me al vertellen kon. Hoe meer bos, hoe minder horizon.
Hoe meer je weet, hoe minder je ’t begrijpen zal. En hoe minder je het pad ziet. Ook al zag je ’t eindpunt helder al. Het is als de zondeval.
En de zomer straalde door de polder. En de lente lachte in het gras. En bij jou op zolder leerde ik wat liefde was. En dat was al meer dan ik verdiende. Al veel meer dan ik wensen kon. Vanaf het moment dat het besef ervan begon. Alleen maar horizon.
En meer had niet gehoeven. Maar ja, verbeeld je niet, dat je de horizon niet wil bereiken. Wanneer je ‘m eenmaal ziet.
Ik groeide op en zag alleen maar horizon. Alleen maar horizon.
Ook dit jaar heb ik weer veel nieuwe muziek geluisterd op zoek naar pareltjes, en heb ik de beste nummers daaruit geselecteerd en met je gedeeld op mijn Facebookpagina, op deze blog en in mijn radioprogramma van de Songcatcher. Van de nummers die ik in 2018 voor het eerst hoorde zijn dit mijn favorieten. Ik heb ze weer ingedeeld naar land of plaats van herkomst. Klik met je muis op de liederen die in het oranje te zien zijn, dan kun je ze bekijken & beluisteren.
Albion (Michigan) USA The War and Treaty – Jeep Cherokee Laredo (2018): Opzwepende soul & gospel van het echtpaar Tanya & Michael Trotter.
Brazilië Augusto Teixeira & Ceumar – Virgula (2018) Augusto Teixeira – Costura (2018): Heerlijke sfeervolle muziek die past in de Braziliaanse traditie.
Engeland Blanco White –Lucky I Got What I Want(2017): Singer/songwriter met Andalusische & Latijns Amerikaanse invloeden in zijn gitaarspel. Dan Michaelson – Careless (2017): Een heel apart laag en bijna krakerig stemgeluid waar ik erg aan moest wennen, maar dat toch heel goed past bij het arrangement met strijkers. Hugh Coltman – Civy Street (2018) Hugh Coltman – Rain (2012): Het eerste nummer vol met invloeden uit de muziek van New Orleans en van Tom Waits en het tweede een prachtig cover over het natte, herfstige weer. Jono McCleery – Wild Is The Wind (2018) Jono McCleery – Dinner At Eight (2018): Zijn stem & gitaarspel doet me erg denken aan Kenny Rankin. Hier speelt hij twee prachtige covers.
Fort Worth (Texas) USA Leon Bridges – Bad Bad News (2018): Heerlijke uptempo soul met blazers en koortjes en een uitstekende tekst.
Los Angeles (California) USA Alison Krauss – Good Time Charlie’s Got the Blues (2017): Vlekkeloos gezongen klassieker van Danny O’Keefe, dat een hit werd in 1972. Arnold McCuller – Don’t Go Nowhere(2011): Heerlijke uptempo soul van zanger die vooral bekend is van zijn achtergrond werk bij James Taylor. The Jayhawks – Backwards Women (2018) The Jayhawks – Bird Never Flies (2018) The Jayhawks – Bitter End (2018) The Jayhawks – Everybody Knows (2018): Deze country rock band bestaat al sinds midden jaren 80 en met Back Roads And Abandoned Motels maakten ze hun beste album tot nu toe. Everybody Knows schreef Gary Louris samen met The Dixie Chicks in 2006.
Nashville (Tennessee) USA Buddy Miller – Treasure of the Broken Land(2017): Lekkere rootsmuziek van deze ervaren gitarist & producer met mooi blazersarrangement.
Nederland Paul de Munnik – Horizon(2018): Beste Nederlandstalige nummer van het jaar met prachtig strijkersarrangement.
New Orleans (Louisiana) USA Christina Friis – Blue on Blue (2018): Deens/Amerikaanse zangeres met onuitgebrachte nummers van Joni Mitchell, die ze schreef in de periode 1964 tot 1969.
New York (New York) USA Chely Wright – Between a Mother and a Child (2005): Bijzonder lied van deze country singer/songwriter, waarin ze haar moeder stevig aanpakt en alles wat die al die jaren bij haar neerlegde aan schuldgevoelens terug geeft waar het hoort. Eugene Ruffolo – Bella Maria(2017): Singer/songwriter die ik eind jaren 90 ontdekte en op zoek is gegaan naar zijn Italiaanse roots.
Portugal Luiz Caracol & Alina Frazao – Ser de lata (2017): Lekker uptempo duet. Pedro Moutinho & Tiago Bettencourt – Vou te levando em segredo (2009): Sfeervol, melancholisch duet van twee uitstekende zangers.
San Francisco (California) USA Boz Scaggs – Rock and Stick (2018): Gaat al mee vanaf de jaren 70 en op zijn 74e komt hij met dit heerlijke uptempo nummer.
Warren (Rhode Island) USA Brown Bird – Danger and Dread (2009): Band die bluegrass, zigeunermuziek & folk met elkaar combineren, waarvan de centrale man David Lamb in 2014 overleed aan leukemie.
The Jayhawks – Everybody Knows Tell me now, if you came sneakin’ up behind. Would you know me and see behind the smile? I can change like colors on a wall. Hopin’ no one else will find what lies beneath it all. I think I hide it all so well.
Steppin’ out, everyone can see my face. All the things I can’t erase from my life. Everybody knows. Standin’ out, so you won’t forget my name. That’s the way we play this game of life. Everybody knows.
Lookin’ through the crowd, I search for someone else. But every time I turn around I run into myself. Here I stand consumed by my surroundings. Just another day of everybody looking. I swore they’d never see me cry, never see me cry.
Steppin’ out, everyone can see my face. All the things I can’t erase in my life. Everybody knows. Standin’ out so you won’t forget my name. That’s the way we play this game of life. Everybody knows.
[Bridge] You say I’ll pay a price. That’s a chance that I’ll take. Though you may think I’m tellin’ lies. I just call it “getting by”.
Steppin’ out, everyone can see my face. All the things I can’t erase in my life. Everybody knows. Standin’ out so you won’t forget my name. That’s the way we play this game of life. Everybody knows.