Posts Tagged ‘Nederlandstalig’


26.08.2018

Wim Sonneveld – Zo heerlijk rustig

Als kind luisterde ik graag naar de liedjes van Wim Sonneveld (1917-1974). Ik herinner me vooral een EP uit 1958 met o.a. Verliefd op juffrouw van Dam, de Koningin van Lombardije en Marjoleine. Nummers die ik nog steeds mee kan zingen. Vanwege deze herinnering mag Sonneveld op deze plek niet ontbreken. Ook zijn Franse liedjes zijn trouwens prachtig, zoals bijvoorbeeld C’etait bien, dat tot mijn favorieten behoort.

Wim Sonneveld was met afstand de beste zanger van “de grote drie”, die in de jaren 60 het cabaret beheersten. Toon Hermans en met name Wim Kan waren toch meer grappenmakers. In 1963 zong Sonneveld het lied Zo heerlijk rustig tijdens het Grand Gala du Disque, waar toen iedereen op tv naar keek. Het lied is een bewerking van La Chansonette (1961) dat gezongen werd door Yves Montand (1921-1991). De tekst van het nummer is van Jean Dréjac (1921-2003) en Philippe Gérard (1924-2014). Die laatste schreef ook de muziek. De Nederlandse vertaling is van Jean Senn, de schuilnaam van Huub Janssen (1910-1984), die jarenlang veel materiaal voor Sonneveld schreef en bewerkte. Janssen was vanaf 1934 ook Sonneveld’s eerste partner en beide waren afkomstig uit Utrecht, de stad waar ik geboren & getogen ben.

Zo heerlijke rustig
Heel alleen aan het strand,
lekker lui in het zand.
Zo heerlijk rustig.
Met je hoed heel gracieus,
op de punt van je neus.
Zo heerlijk rustig.

Er kwam een bootje over zee.
Dat nam al je misère mee.

En je ligt heel alleen,
alles is om je heen.
Zo heerlijk rustig.
Er klinkt een mondharmonika,
die speelt do re mi fa sol la.
Tra la li tra la la.
Zo heerlijk rustig, ja, ja.

En een deuntje ontstaat,
in dezelfde maat.
Zo heerlijk rustig.
Heeft een heel eigen taal
en het klinkt allemaal.
Zo heerlijk rustig.

De man met de mondharmonika.
De kinderen met hun pa en ma.

En de golven op zee,
deinen rustigjes mee.
Zo heerlijk rustig.
En in de lucht daar drijven nou,
wat witte wolkjes in het blauw.
Niet te gauw, niet te gauw.
Maar heerlijk rustig, ja, ja.

En heel stil, heel tevree,
daalt de zon in de zee.
Zo heerlijk rustig.
Zet de zee en het strand,
in een laaiende brand.
Zo heerlijk rustig.

En plotseling zwijgt de muzikant.
De kinderen zitten hand in hand.

Slechts de zee ruist nog voort,
dat is al wat je hoort.
Zo heerlijk rustig.
De mensen blijven even staan.
Voordat ze weer naar huis toe gaan.
En ze zuchten voldaan,
“Wat was dat rustig”, ja, ja.

06.05.2018

Gé Reinders – Blaosmuziek

Een prachtig lied vind ik Blaosmuziek van de Limburgse singer/songwriter Gé Reinders. Hij speelt het hier samen met het Metropole Orkest tijdens het Gala van het Nederlandse lied in 2000. Het komt van zijn album D’n Haof uit 1999.

In het nummer geeft Reinders een beeld van een klein Limburgs dorpje op zondagochtend met een kerk, twee cafés, en met muziek van de fanfare. Daarnaast legt hij uit welke muziekinstrumenten een fanfare gebruikt en komen ze geleidelijk aan tot leven, met hun toeters en bellen.

Blaosmuziek
Ich had al twee maedjes gezeen,
mit achter op allebei unne saxofoon.
Witte bloes, blauw boks,
mit gael bieze en pas gepoetste sjoon.
Nog boete ‘t dörp heurde ich
‘t geretteketet van ’n trompet.
Genog gewanjeld, hiej drinke veur os get.
In de eerste sjtraot rook ‘t van wiet weg,
en ich dacht verrek,
hiej trek nag emus sondigse soep.
Det leeg geträöt van die trombones
trokke os nao veure euver de sjtoep.
Biej de kerk waare natuurlik weer
twee cafe’s aan ’n plein.
En sjpeelde ‘n fanfaar heel fijn.

Blaosmuziek op eine sjone zondigmorge.
Blaosmuziek bleust mich ómver.
Mit toeters en bellen ‘n verhaol vertelle.
Zondigmorge blaosmuziek, blaos mich riek.

Gaef mich eine bloasbas
veur ‘t sjtevig fundament.
Gaef mich sjuve en saxe
veur de moere van dees muziektent.
‘t Vergulde kaopere daak
waert door de bugels en trompette gemaak.
En dan heurs se

Blaosmuziek op eine sjone zondigmiddeg.
Blaosmuziek bleust mich omver.
Mit toeters en belle ‘n sjoon verhaol vertelle.
Zondigmorge blaosmuziek, blaos mich riek.

Gaef mich blaosmuziek op eine sjone zondigmorge.
Blaosmuziek bleust mich bleust mich nao hoes.
Mit toeters en belle ‘n pracht verhaol vertelle.
Zondigmorge blaosmuziek, blaos mich riek.

11.03.2018

Paskal Jakobsen – Open einde

Eén van de beste zangers van Nederland is wat mij betreft Paskal Jakobsen, die je vooral kent van Bløf . Hij raakt me regelmatig door de bijzondere covers die hij zingt, zoals hier acapella een prachtig intense versie van het lied Open einde (1986) van Rob de Nijs.

Het lied gaat over het missen van een geliefd iemand die overleden is. “Want ik hou zo van jou! Afscheid nam ik niet. En het einde blijft nu open, zoals jij het achter liet.”

De muziek komt van het lied Shoot Down The Moon (1985) van Elton John & Bernie Taupin en de tekst is van de toenmalige vrouw van de Nijs, Belinda Meuldijk.

Open einde
Het verleden is verboden,
ik wou dat het verdween.
Maar ik zie ons samen lopen
en we wisten niet waarheen.

Nog raak ik je aan,
maar de afstand wordt al groot.
Nee, ik heb niet geleerd
te leven met jouw dood.

Want ik hou zo van jou.
Misschien is het niet waar.
Draait opeens die deur weer open,
en natuurlijk sta jij daar.

Want ik hou zo van jou!
Afscheid nam ik niet.
En het einde blijft nu open,
zoals jij het achterliet.

Ik droom je dicht bij mij.
Ik hou je zo goed vast.
Heb ik je vaak genoeg gezegd dat,
er niet één zo bij mij past.

En ze zeggen dat het went,
maar niemand zegt wanneer.
Dus ik leef met de dag
en jij sterft telkens weer.

Want ik hou zo van jou!
Misschien is het niet waar.
Dwaait opeens die deur weer open,
en natuurlijk sta jij daar.

Want ik hou zo van jou!
Afscheid nam ik niet.
En het einde blijft nu open,
zoals jij het achter liet.

Want ik hou zo van jou …

19.11.2017

Herman van Veen – Wie heeft de zon uit jouw gezicht gehaald?

Ik vond een ontroerend lied van Herman van Veen dat ik nog niet kende. Wie heeft de zon uit jouw gezicht gehaald? staat als Wie op het album Signalen uit 1984. Het is een cover van Le craie dans l’encrier (Krijt in de inktpot), dat geschreven werd door de Franse violiste, componiste en zangeres Catherine Lara en tekstschrijver Daniel Boublil. Het is het titelnummer van Lara’s derde album uit 1974, dat je hier kunt horen. En hier hoor en zie je een live-versie uit 2012, toen ze inmiddels 67 was.

Het Franse lied werd van een geheel nieuwe tekst voorzien door Liselore Gerritsen en komt van haar album Oktoberkind uit 1982. De tekst doet erg denken aan een ander lied op deze plaat, namelijk Als ze als kindDe tekst van dat lied wil ik je niet onthouden, want het past helemaal in dezelfde sfeer van een moeilijke en ongelukkige jeugd, met grote en vaak traumatische gevolgen. Je vindt de tekst helemaal onderaan dit bericht.

Ik heb zelf mogen ervaren dat Herman van Veen heel goed contact kon maken met kinderen. Hij had veel oog voor gekwetste kinderen en buitenbeentjes en dat terwijl hij zelf regelmatig sprak over zijn eigen gelukkige jeugd in Utrecht en zijn geliefde ouders. Hij gunde dat blijkbaar anderen ook en maakte mijn leven in ieder geval voor een korte periode wat zonniger. Herman gaf me uitzicht op beter, waar ik veel aan heb gehad tot de dag van nu.

Wie heeft de zon uit jouw gezicht gehaald?
Wie heeft de zon uit jouw gezicht gehaald?
Wie heeft het licht in jou gedoofd?
Wie heeft je rooie wangen bleek gemaakt?
Wie joeg de dromen uit je hoofd?
Wie brak jouw kleine hart,
kleurde je ogen zwart?
Wie is niet nagekomen wat hij heeft beloofd?

Wie heeft het lachen in jouw keel gesmoord?
Heeft je vuisten zo gebald?
Wie heeft dat onbevangen kind vermoord,
dat altijd opstaat als het valt?
Wie boog jouw rechte rug?
Trapte je speelgoed stuk?
Wie brak jouw vleugels
in de vreugde van een vlucht?

Wie is er zo aan jou voorbij gegaan?
Wie verraadt hier jouw geloof?
Wie hield zich voor het kraaien van de haan,
na de derde keer nog doof?
Wie is het die vergat,
dat jij de toekomst had?
Wie heeft jou net als ik
te weinig lief gehad?

Wie heeft jou net als ik
te weinig lief gehad?

Als ze als kind – Liselore Gerritsen (1982)
Als ze als kind niet altijd zo stil had hoeven zijn,
had ze vandaag misschien het hoogste lied gezongen.
Als ze als kind niet altijd zo alleen was geweest,
had ze vandaag misschien allang iemand gevonden

Als ze als kind niet altijd zo bang had hoeven zijn
had ze vandaag misschien van iemand durven houden.
Als ze als kind niet altijd zo’n puinhoop had gezien,
had ze vandaag misschien kastelen kunnen bouwen

Als ze als kind de warmte van de zomer had gekend,
was ze die warmte in haar winter nooit verloren.
Als ze als kind de warmte van een nest had gekend,
had het haar hele leven lang niet zo gevroren.

Als ze als kind niet al zo oud had hoeven zijn,
had ze vandaag nog een kinderlied gezongen.
Als ze als kind gewoon een kind had kunnen zijn,
was ze vandaag als een kind opnieuw begonnen.

10.09.2017

Daniël Lohues – Als de liefde mar blef winnen

Eén van de mooiste Nederlandstalige liederen is Als de liefde mar blef winnen van de Drentse singer/songwriter Daniël Lohues. Het grijpt duidelijk terug op het werk van Jules de Corte (1924-1996), ook met het citaat uit Bach (Prelude in E groot). Het lied komt van zijn album Allennig II (2008) en was één van mijn beste songs van 2011.

Het nummer is volgens Frank Boeijen het beste Nederlandse lied, en staat bij hem boven 5 uur van Ramses Shaffy, Liefde van later van Herman van Veen, Tegen de tijd van Huub van der Lubbe en Je veux l’amour van Raymond van ’t Groenewoud. Hij vind het een toepasselijk lied in deze barre tijden. Hier hoor je zijn bijzondere versie van Als de liefde.

Als de liefde mar blef winnen
Zolang de oostenwind blef weijen,
zullen de blaadern blieben vallen.
Zolang de boer zal blieben zeijen,
zal de meulen blieben dreijen.
Zolang de zunne mar blef schienen,
kommen bloemen uut de knop.
En as de kippen blieben leggen,
kommen der kuukens uut de dop.

Zolang het vuur zal blieben branden,
schieten vonken naor de sterren.
Zolang de zee rolt op de stranden,
en der wark komp uut de handen.
Zolang de kinder blieben zingen,
en alles giet zoals het moet.
En as de liefde mar blef winnen,
komp ‘t allemaol wel goed.

Zolang de lente maar blef kommen,
en dan de zomer en dan de herfst.
En as de winter maar blef dromen,
van neije blaadern aan de bomen.
Zolang de maon gewoon blef zörgen,
veur zilv’ren licht en eb en vloed.
En as de liefde mar blef winnen.
komp ‘t allemaol wel goed.